Persbericht - Rondetafel Covid - Justitie

Communiqué de presse

Op uitnodiging van de Hoge Raad voor de Justitie vond een rondetafelgesprek plaats op 29 juni 2021. Doel was om enerzijds te weten te komen welke de impact is geweest van de covidcrisis op de hoven en rechtbanken en op het Openbaar Ministerie, en anderzijds om er lessen uit te trekken naar de toekomst toe.

Waren aanwezig: het College van de hoven en rechtbanken, het College van het openbaar ministerie en de FOD Justitie. De eerste twee behoorden tot de geauditeerden van het onderzoek. De FOD Justitie werd tijdens het onderzoek ook bevraagd, aangezien het om een zeer belangrijke stakeholder ging, maar behoorde niet tot de geauditeerden als dusdanig.  

Tijdens de vergadering lichtte de Hoge Raad voor de Justitie het auditrapport toe, waarna de Colleges hun reacties gaven.  

De audit die de Hoge Raad voor de Justitie uitvoerde in 2020-21 zal in 2022-23 opgevolgd worden. Het spreekt voor zich dat de betrokken actoren ondertussen hun werkzaamheden zullen voortzetten zodat bij de opvolging een definitieve balans kan worden opgemaakt.

 

 

De HRJ heeft in een audit nagegaan of: 

  • De rechtbanken van eerste aanleg en de parketten tijdens de gezondheidscrisis de continuïteit van de dienstverlening hebben kunnen garanderen met voldoende aandacht voor de rechten van de rechtzoekenden, alsook voor de veiligheid en gezondheid van hun eigen medewerkers en de rechtzoekenden.
  • De rechtbanken van eerste aanleg en de parketten de nodige middelen en bevoegdheden hadden om tijdens de crisis, of bij gelijkaardige crisissen in de toekomst, de continuïteit van de dienstverlening te garanderen met voldoende aandacht voor de rechten van de rechtzoekenden en voor de veiligheid en de gezondheid van hun eigen medewerkers en de rechtzoekenden.
  • De rechtbanken van eerste aanleg en de parketten zich voorbereiden om in de toekomst de continuïteit van de dienstverlening te garanderen bij vergelijkbare crisissen.

 

Uit de audit blijkt met name dat:

  • De rechtbanken van eerste aanleg en de parketten snel de nodige maatregelen hebben genomen om de continuïteit van de dienstverlening te garanderen. Dat ze daarbij oog hadden voor:

o de gezondheid en de veiligheid van de rechtzoekenden, de bezoekers en hun eigen medewerkers;

o de rechten van de rechtzoekenden

  • De gezondheidscrisis had gevolgen voor de organisatie en het verloop van de zittingen, de werking van de griffies en de parketsecretariaten.
  • De rechtbanken van eerste aanleg en de parketten hadden onvoldoende middelen tijdens de crisis. Dat tekort liet zich voelen op alle vlakken: materieel, informaticamateriaal en personeel.
  • De belanghebbenden hebben goed samengewerkt en overlegd tijdens de crisis.
  • De rechtbanken van eerste aanleg, de parketten en de colleges bereiden zich voor op een toekomstige gelijkaardige crisis.

In een streven naar een betere werking van de rechterlijke orde heeft de HRJ in zijn verslag aanbevelingen geformuleerd voor de geauditeerde entiteiten: de rechtbanken van eerste aanleg, de parketten en de twee colleges, alsook voor de FOD Justitie en de wetgever.

U kan het volledige auditverslag hier en op de website van de Hoge Raad voor de Justitie lezen (www.hrj.be).

Contactgegevens Hoge Raad voor de Justitie:

Pers@hrj.be

____________________________________________________________________________________________

 

Het College van de hoven en rechtbanken pleit voor een degelijk wetgevend kader inzake crisisbeheer

 

In de afgelopen Covid-19-periode hebben de hoven en rechtbanken de continuïteit van de dienstverlening kunnen verzekeren dankzij de zelfredzaamheid van de lokale hoven en rechtbanken én de vele bijzondere inspanningen van de directiecomités, het College van de hoven en rechtbanken en de vele betrokken actoren. De korpschefs en hoofdgriffiers hebben zich heel constructief opgesteld in de samenwerkingen die zijn gerealiseerd om deze crisis aan te pakken. Onze dank gaat uitdrukkelijk uit naar alle magistraten en het griffiepersoneel die grote flexibiliteit, toewijding en weerbaarheid hebben getoond om ook tijdens de Covid-19-crisis de justitiabelen ten dienste ten staan.

Er zijn ook lessen getrokken uit de voorbije Covid-19-periode. Het College van de hoven en rechtbanken heeft mede initiatieven genomen om enkele positieve punten te verankeren in de post-Covid-toekomst : zo heeft de digitalisering en de flexibiliteit van het personeel (telewerk, minimumbezetting via beurtrollen, …) een boost gekregen, is er geïnvesteerd in communicatie en wordt er ook verder gewerkt aan een degelijk crisisbeheer. Voor het College van de hoven en rechtbanken is het meer dan ooit belangrijk de zelfredzaamheid van de lokale hoven en rechtbanken te versterken en verder te ontwikkelen naar een meer autonoom beheer.

De rechterlijke organisatie en de rechtsgang is in detail geregeld in wetgeving. Om in de toekomst nog beter te kunnen inspelen op crisissituaties, die zich niet beperken tot gezondheids- of epidemische noodsituaties, pleit het College van de hoven en rechtbanken voor een degelijk wetgevend kader inzake crisisbeheer. Een wet ‘crisisbeheer’ zou bij het uitroepen van een crisissituatie er automatisch toe moeten leiden dat de hoven en rechtbanken als essentiële dienstverleners meer flexibiliteit bekomen bij het beheer van hun organisatie. Indien een nood(situatie) zich aandient, zou het bijvoorbeeld gemakkelijker moeten zijn om schriftelijk of via videovergaderingen juridische proces-handelingen voor de rechtbank te kunnen afwerken, om de rechtsgang te digitaliseren, om de fysieke overbrenging van aangehouden personen aan te passen én om tijdelijk zittingen in andere gerechtsgebouwen te kunnen onderbrengen of om deze beter te kunnen organiseren via zittings-managementtools.

 

Contactgegevens College van de hoven en rechtbanken:

Fabienne Bayard, Voorzitter van het College van de hoven en rechtbanken,

Fabienne.Bayard@just.fgov.be

____________________________________________________________________________________________

College van het openbaar ministerie

 

Beleid en beheer

De onverwachte coronapandemie en de crisis die daarop volgde, stelde ook het Openbaar Ministerie (OM) voor tal van uitdagingen.

Van bij de prille aanvang van de wereldwijde crisis heeft het Openbaar Ministerie tal van beleids- en beheersmatige initiatieven genomen om enerzijds de goede werking van de organisatie en de dienstverlening te blijven garanderen en anderzijds het handhavingsbeleid inzake corona-inbreuken te bepalen.

De hiërarchische structuur van het OM en de mogelijkheid voor het College van procureurs-generaal en het College van het openbaar ministerie om dwingende nationale richtlijnen uit te vaardigen, laten toe om snel te starten en te schakelen en vlot bij te sturen indien nodig.

  • Reeds op 13 maart 2020, aan de vooravond van de eerste lockdown, vaardigde het College van het openbaar ministerie de eerste interne beheersrichtlijnen uit (COL OMP 2/2020) waarbij maatregelen werden genomen ter vrijwaring van de gezondheid van de magistraten en personeelsleden, om de verspreiding van het virus in te dijken en om tegelijk de noodzakelijke continuïteit van de dienstverlening te garanderen, waaronder overleg met de zetel voor de organisatie van de zittingen.

Deze omzendbrief werd op 8 mei 2020 vervangen door COL OMP 3/2020. Bij ieder nieuw ministerieel besluit werd en wordt deze omzendbrief terstond aangepast aan de nieuwe door de overheid opgelegde maatregelen

Deze heeft betrekking op de gerechtelijke afhandeling van het ministerieel besluit van 23 maart 2020 houdende dringende maatregelen om de verspreiding van het coronavirus te beperken.

  • Daarnaast werden tientallen relevante omzendbrieven onmiddellijk onder de loep genomen en zo nodig, na bespreking en aanpassing op het College van procureurs-generaal, herzien en uitgevaardigd.

Binnen het OM werd eveneens van bij aanvang een nationale corona task force opgericht.

 

Communicatie

Alle informatie omtrent corona werd en wordt intern gecentraliseerd ter beschikking gesteld via Omptranet: omzendbrieven, FAQ, rechtspraak, aanbevelingen naar veiligheid en gezondheid,….

Daarnaast beschikt ook iedere entiteit over een referentiemagistraat en aanspreekpunt corona.

 

Ook extern heeft het OM steeds ingezet op heldere duiding.

 

De HRJ geeft in haar audit rapport aan:

Het Openbaar Ministerie beschikte opmerkelijk snel over een volledige boordtabel om de evolutie van de coronadossiers op te volgen (waardoor het snel gerichte maatregelen kon nemen om de dossiers anders te behandelen om het geheel beheersbaar te maken).’ en

‘Dankzij de cijfers van het College van het openbaar ministerie kreeg de HRJ een beter beeld van de impact van

de crisis op de in- en uitstroom, het aantal dossiers en de coronadossiers’.

 

Het OM heeft van bij de aanvang van de crisis consequent gecommuniceerd over het handhavingsbeleid, zoals de aanpak van lockdownfeestjes, de al niet inzet van drones en de wettelijke mogelijkheden van woonstbetreding, over de cijfers van het aantal corona inbreuken zowel door meerderjarigen als minderjarigen (periodieke cijfers én jaarcijfers https://www.om-mp.be/nl/page/het-openbaar-ministerie-stelt-statistieken-van-2020-voor).

De informatie werd en wordt ter kennis gebracht via de website van het OM, via persconferenties, via interviews, via visuals en video’s in eigen beheer die verspreid werden en worden via de sociale media kanalen van het OM.

 

Continuïteit

Ondanks het tekort aan middelen om de crisis het hoofd te kunnen bieden, zowel aan informaticamiddelen en materiaal als aan personeel, is het OM er in geslaagd de continuïteit van de dienstverlening te kunnen garanderen door nieuwe werkwijzen te hanteren.

De crisis heeft de nood aan een verdere digitalisering van de dossiers bij de rechterlijke orde benadrukt.

Het Openbaar Ministerie is tegelijk een flexibele organisatie en heeft ervaring met crisissituaties, waar draaiboeken voor bestaan, zoals een terroristische aanslag of een criminele gijzelingssituatie.

Het OM is een sterk georganiseerde structuur die 24u/24u en 7d/7d functioneert en beschikt over een permanentie en magistraten met nacht -en weekenddienst.

Na zes maanden corona heeft het OM op initiatief van het College van het openbaar ministerie een interne evaluatie van zijn werking en organisatie georganiseerd, daaruit lessen getrokken en bijgestuurd. De zelfevaluatie met alle 29 korpschefs van het OM resulteerde in een algemene reflectiedag op 24 september 2020 en een evaluatieverslag.

Het Openbaar Ministerie, onder leiding van alle korpschefs, het College van procureurs-generaal en het College van het openbaar ministerie, is er in geslaagd om dankzij proactief handelen en dankzij de verschillende genomen maatregelen, de gezondheid en veiligheid van de verschillende medewerkers te garanderen én de dienstverlening te blijven verzekeren. Tegelijk werd zeer snel een transparant handhavingsbeleid uitgestippeld en gecommuniceerd.

 

Alle magistraten en medewerkers hebben zich, zonder te zijn versterkt, nu al bijna anderhalf jaar lang extra ingespannen. De in plaats gestelde structuren hebben gefunctioneerd en méér dan stand gehouden. Het OM is als één korps op een uniforme, coherente en gecoördineerde wijze blijven functioneren en heeft aangetoond dat het in staat is om midden in de crisis bij te sturen op de punten waar het nodig was”, aldus procureur-generaal Johan Delmulle, voorzitter van het College van procureurs-generaal en van het College van het openbaar ministerie.

“De crisis is evenwel nog niet voorbij. De strijd tegen het virus is nog niet gestreden. We blijven alert en waakzaam”.

 

Contactgegevens College van het openbaar ministerie:

An Schoonjans, persmagistraat

sdaomp-press@just.fgov.be

 

 

 

 

 

Communiqué de presse

Autres Communiqué de presse